Architectuur in het buitenland. Grensverleggend!

Met kantoorbouw als rode draad doorheen deze editie, gaan we ook in het buitenland kijken wat er in dit kader recent gerealiseerd werd. Het resultaat? Drie zeer diverse gebouwen met weliswaar één gemeenschappelijke noemer: duurzaamheid naar een hoger niveau getild.

Sun Rock – Taiwan

MVRDV ontwierp voor het energiebedrijf van de Taiwanese overheid een indrukwekkend en vooral ook zeer duurzaam gebouw dat naast kantoren, een onderhoudswerkplaats en opslagruimtes ook een tentoonstellingsruimte heeft rond duurzame energie. Sun Rock, zo werd het gebouw toepasselijk gedoopt, biedt plaats aan minstens 4.000 vierkante meter aan zonnepanelen, samen goed voor bijna 1 miljoen kWh schone energie per jaar. Om de zonuren zoveel mogelijk om te zetten in energie kreeg het gebouw een ronde vorm, als een rots die aan de zuidzijde naar beneden helt. “Duurzaamheid staat vanzelfsprekend in al onze projecten hoog op de agenda. Sun Rock bood een uniek en fascinerend potentieel”, aldus Winy Maas, mede-oprichter van MVRDV. “De klant is een energiebedrijf dat het voor ons mogelijk heeft gemaakt om meer dan het gebruikelijke te doen. Om maximale elektriciteit op te wekken hebben we de hele gevel met PV-cellen bekleed. Deze elektriciteit is niet alleen voor eigen gebruik, maar kan ook via een netwerk worden gedeeld. In het ontwerp zijn puur functionele ruimtes slim gecombineerd met educatieve tentoonstellingsruimtes. Het gebouw is daarmee ook een belangrijk communicatiemiddel voor Taipower om de groene ambities op een laagdrempelige manier in de kijker te plaatsen.”

Ombú  – Madrid, Spanje

Bijzonder hoe een oude gasfabriek in Madrid, een historisch gebouw anno 1905 van architect Luis de Landecho, door energiebedrijf Acconia van de sloop gered werd en een nieuwe bestemming kreeg. Het was het gerenommeerde architectenbureau Foster + Partner dat mee zijn schouders onder het project zette, resoluut koos voor een duurzame aanpak en het pand omvormde tot meer dan 10.000 vierkante meter aan eigentijdse kantoorruimte, aangevuld met een aangename buitenruimte die uitnodigt tot werken en ontspannen in open lucht. Door de bakstenen bouwschil te bewaren, behoudt het pand niet alleen zijn historisch waardevol karakter maar werd meer dan 10.000 ton aan bouwafval vermeden. Binnenin creëert een lichtgewicht structuur in duurzaam en lokaal hout een flexibele indeling en de integratie van licht, ventilatie en andere technieken. De houten structuur zal goed zijn voor een besparing van meer dan 1.600 ton aan CO₂ en is recycleer- en demonteerbaar. Ombú, zoals dit project gedoopt werd, heeft een 1.0 Planet Ecological Footprint, wat inhoudt dat de CO₂-uitstoot kan worden geabsorbeerd door de huidige capaciteit van de aarde. Het project werd gepresenteerd op COP26 in Glasgow als een case study voor de World Green Building Council. 

Îlot Balmoral – Montreal, Canada

Îlot Balmoral, een ontwerp van Provencher_Roy en een blikbanger in het culturele hart van Montréal, wordt vooral gekenmerkt door de enorme felrode breuklijn die meer doet dan alleen de aandacht trekken. Deze opening splitst het gebouw in twee afzonderlijke blokken met centraal een enorm atrium dat het licht binnentrekt en laat binnendringen tot diep in het gebouw. Het is een kantoorgebouw voor gemengd gebruik met dertien verdiepingen binnen het Quartier des Spectacles, grenst aan de Place des Festivals en is onder meer de nieuwe thuisbasis van de National Film Board of Canada (NFB). Leuk gegeven: het gladde en naadloze geveldeel kan dienst doen als gigantisch projectiescherm. Samengevat: een kantoorgebouw als creatieve hub, op maat van de culturele economie en de levende wijk. Bijzonder, maar ook duurzaam. Zo voldoet het gebouw aan de vereisten van de LEED Gold certificering (Leadership in Energy and Environmental Design), de Amerikaanse tegenhanger van het BREAAM-certificaat.